Nieuwe zoekopdracht

Niet tevreden met de zoekresultaten hieronder? Probeer het dan nogmaals:

1 zoekresultaat voor:

1

[1] Verhaal van den oorsprong en voortgang der procedures […] in cas van dissolutie, tusschen Alida van der Streng, requirante, en Egbert Buijs, gerequireerde, voor den […] gerechte der stadt Utrecht. Amsterdam/Utrecht, J. Haffman/Wed. H. v. Kamen, 1753 [gebonden met:] [2] Memorie van rechten bevattende het proces crimineel en de zelfsverdediging van mr. Carel Philip van Cuylenborgh, advocaat voor den Ed. Hove van Utrecht. Utrecht, A. Muntendam 1753 [gebonden met:] [3] Nodig bericht van Egbert Buijs, dienende tot een kort supplement op het verhaal van den Oorsprong en voortgang der procedures tusschen hem en Alida van der Streng, z.pl. [1754] [gebonden met:] [4] Egbert Buijs ontmaskert, of de proceduren zo in cas van separatie als in cas van dissolutie […] tusschen Alida van der Streng en Egbert Buijs […] Eerste deel [geen tweede deel verschenen], Utrecht, A. Muntendam 1754.

[1] Waller 1738; [3] Knuttel 18458. [1,2,4] niet in Knuttel, [2,3,4] niet in Waller; vgl. v. Rijnbach, ‘Een onbekende spectator en zijn samensteller, Egbert Buijs’ in Het Boek, nw. reeks 30 (1949-1951); Buynsters, Spectatiorale geschriften (1991) pag. 36; Schutte, Repertorium buitenlandse vertegenwoordigers pag. 369; Geerars, Hubert Korneliszoon Poot pag. 243; v.d. Aa II pag. 512. Egbert Buys (Amsterdam 1723-’s Gravenhage 1769) was een weinig ingetogen man die volgens de hier aangeboden processtukken met zijn vrouw eerst te Zwolle woonde, daarna op het landhuis Hoekenburg bij Rijswijk in de Over Betuwe, daarna te Utrecht in de Lange Nieuwstraat, daarna op huize Groenendaal buiten Utrecht waar hij met zijn vrouw een steenbakkerij dreef en tenslotte -na zijn geruchtmakende echtscheiding- te Amsterdam. De beschuldigingen van zijn vrouw aan zijn adres waren ergerlijk gedrag, een ‘schandeleus banquerot’ en het maltraiteren van zijn vrouw. Er werd een scheiding van tafel en bed uitgesproken maar er kwam een derde persoon in het geding, de advocaat mr. Carel Philip van Cuylenborgh. Deze was oorspronkelijk bevriend met Buys maar liet zich in de echtscheidingszaak tegen hem gebruiken. Daarbij produceerde hij een zestal getuigen, bewoonsters van een Utrechts bordeel, die uiteindelijk werden veroordeeld tot aandekaakstelling en tuchthuisstraf. Dit gebeuren en Van Cuylenborgh’s optreden tegen de hoofd-officier D. van Lokhorst, hadden tot gevolg dat Van Cuylenborgh zelf ook gerresteerd werd. In de ‘Memorie van rechten …’ [2] beschuldigde Van Cuylenborgh Van Lokhorst en beledigde het gerecht, o.a. met zijn opmerkingen over zijn confrontatie met zijn medegevangene Griet van Bronswyk. De echtscheidingszaken en het proces tegen Van Cuylenborgh veroorzaakten in Utrecht een groot schandaal. De hier aangeboden processtukken geven ‘een denkbeeld van de zedeloosheid die in deze tijd voorkwam en kunnen stof leveren voor een zedenroman’ aldus Van Rijnbach. Een geheel andere indruk geven de feiten die Schutte meedeelt in zijn Repertorium: In 1742 en 1743 woonde Buys op de Kloveniersburgwal te Amsterdam en had een jaarinkomen van F3000. In 1743 huwde hij Alida van der Streng (1724-1796). Van 1745 tot 1769 was hij hofraad en actueel commissaris van de koning van Polen, keurvorst van Saksen; van 1763 tot 1769 ook hofraad van de koning van Pruissen. In 1750 werd hij burger van Utrecht, in 1763 en 1768 woonde hij in ’s Gravenhage, waar hij 13 februari 1769 overleed. Op 18-2-1769 werd hij te Amsterdam begraven. Poot schreef een aantal gedichten voor zijn vader Jan Buys Egbertszoon en Jacob Spex schreef een drietal verzen voor Egbert zelf als hofraad (cf. Geerars). Schutte en Geerars melden niets over de schandalen in het Utrecht van 1753-1754.$Los toegevoegd bij dit kwatrijn een pamflet van (6) pag., ook 4°, ‘Borgemeesteren en schepenen der stad Utrecht by gelegentheid van de affdoeninge der zaake […] van wijlen jhr. D. van Lochorst […] jegens mr. Carel Philip van Cuylenborg, gevangen op den huyze van Hazenberg […] 28 Mey 1756’. Utrecht J.J. van Poolsum 1756. Dit niet in Knuttel voorkomende pamflet betreft een verklaring van Van Cuylenborgh dat de gewraakte passages tegen Van Lokhorst in zijn ‘Memorie …’ uit 1753 ‘onwaaragtig’ waren en hij maakt zijn excuses. Deze verklaring werd op zijn kosten gedrukt en door het stads bestuur verspreid.$Ook toegevoegd een gegraveerd portret van Buys uit 1765, door J. Houbraken naar een schilderij uit 1764 door P.F. de la Croix, met een 6-regelig vers van Jacob Kortebrant.