Drie uitmuntende gedigten van jonkheer Will. van Haren om agter de Gevallen van Friso (door den zelven heer berymt,) te kunnen geplaast [sic!] worden. Harderwijk, Dionies van Lennep, 1742.
Opnieuw de gedichten ‘Integer vitae …’, ‘Leonidas’ en ‘Delicta majorum …’, nu met frontispiece en gedrukt te Harderwijk.