[Eerste titelpagina:] Verhandelingen, uitgegeven door Teyler’s Tweede Genootschap. Acht en twintigste stuk. […] Haarlem, erven F. Bohn, 1857. [tweede titelpagina:] Over de aesthetische waarde der klassieke en der moderne dichtvormen. Bij dezelfde.

De taalgeleerde Brill (Leiden 1811 – Utrecht 1896) won met deze verhandeling een prijsvraag van ‘Teyler’s Tweede Genootschap’ te Haarlem op het gebied van de poëtiek. Het Tweede Genootschap werd in 1778 tegelijk met het Eerste of Godgeleerde Genootschap opgericht bij testamentaire beschikking van de zeer vermogende Pieter Teyler van der Hulst. Doel was om met name door het uitschrijven van prijsvragen het wetenschappelijk onderzoek te bevorderen, zowel op het terrein van de natuurkunde als dat der dichtkunst en historie. Het genootschap bestaat nog steeds.