Nieuwe zoekopdracht

Niet tevreden met de zoekresultaten hieronder? Probeer het dan nogmaals:

1 zoekresultaat voor:

1

Nagelatene gedichten van vrouwe Anna Rethaan en juffrouwe Anna Maria Vincentius. Middelburg, Michiel Schryver, 1730.

Godsdienstige gedichten van twee Middelburgse vrouwen, Anna Rethaan (1684 – 1729), weduwe van Johannes Radaeus, en Anna Maria Vincentius (1697 – 1730), echtgenote van Johan Huyge. Die van Anna Rethaan zijn na haar dood bezorgd door haar schoonzoon Pieter Boddaert, auteur van veel stichtelijke poëzie. Hij vertelt dat zij pas op haar tweeënveertigste was gaan dichten. Het is niet onwaarschijnlijk dat er een verband bestaat met het feit dat Boddaert enkele jaren daarvoor met haar stiefdochter was getrouwd. Zoals Boddaert optrad als bezorger van Rethaans poëzie, deed zijn vriend, de jurist en letterkundige Pieter de la Ruë, dat voor de gedichten die Vincentius had nagelaten. Die waren, schrijft De la Ruë, niet alleen “fraai en zaaklyk”, maar ook taalkundig in orde, “iets zeker, ’t geen men, voornaamlyk in schriften van vrouwen, zelden ontmoet”. Volgens Lia van Gemert was deze uitgave de eerste van een in de loop van de achttiende eeuw gestaag groeiend aantal bundels van een of meer vrouwen.