De nagelaten gedichten van de classicus Hendrik Snakenburg (1674 – 1750), die vanaf 1695 tot zijn dood verbonden was aan de Latijnse school in Leiden, de laatste tien jaar als rector. Het was aanvankelijk de bedoeling dat Theodoor van Snakenburg de gedichten van zijn oom zou uitgeven, maar toen deze enkele maanden later ook overleed, ging uitgever Luchtmans op zoek naar een editeur voor het nagelaten werk van de man met wie hij meer dan vijftig jaar bevriend was geweest. Na een weigering van de Leidse koopman-dichter Jan de Kruyff kwam Luchtmans terecht bij de Rotterdamse koopman en letterkundige Frans de Haes (1708 – 1761) die bereid bleek om de gedichten van de overleden rector te bezorgen. De omvangrijke, typografisch uitstekend verzorgde bundel bevat naast stichtelijke, bijbel- en mengeldichten ook een onvoltooid gebleven bijbels epos, ‘Het leven van Jozef’. De laatste vier van de zes boeken die op papier stonden waren volgens De Haes “nog in dier voegen, als zy den Dichter, by den eersten inval, uit de penne gevloeid waren; waerom wy zeer veel moeite gehad hebben, om den zelven zoo ver te brengen als ze nu zyn”._x000B_