Nieuwe zoekopdracht

Niet tevreden met de zoekresultaten hieronder? Probeer het dan nogmaals:

1 zoekresultaat voor:

1

Proeven van poëtische mengelstoffen, door het dichtlievend kunstgenootschap onder de spreuk: Kunstliefde spaart geen vlijt, en prijsvaarzen, behelzende den Lof der dankbaarheid. Leiden, C. van Hoogeveen jr, 1773. [deel I]

De eerste dichtbundel van het in 1772 opgerichte Haagse ‘Kunstliefde spaart geen vlijt’. Het heeft bestaan tot 1818; in dat jaar fuseerde het genootschap met de ‘Hollandsche Maatschappij van Fraaye Kunsten en Wetenschappen’, waarin in 1800 al de Amsterdamse, Rotterdamse en Leidse dichtgenootschappen waren opgegaan. Het voorwoord verhaalt oprichtingsgeschiedenis en werkwijze van het genootschap en bevat tevens een ledenlijst. Achter de dichtoogst van het eerste jaar – alle gedichten van de leden zijn met initialen ondertekend – volgen de dichtstukken van de winnaars van de prijsvraag, die als onderwerp had: “De lof der dankbaarheid”. Dat waren J. le Francq van Berkheij (goud) en J.P. Broeckhoff (zilver). Höweler constateert dat de bestuurders het in de loop van de tijd nog niet zo slecht hebben gedaan: “Honderden gedichten hebben zij afgekeurd (…) op gronden die waardering verdienen. Maar bij al die soms vernietigende critiek op ingezonden gedichten is, achteraf gezien, geen daad van onrechtvaardigheid gepleegd.”