Alles wat verschenen is van het politiek-satirische weekblad ‘Janus’, waarvan Petrus de Wacker van Zon (Amsterdam 1758 – Den Haag 1818) waarschijnlijk de belangrijkste auteur is geweest. “Met een superieure penvoering” (Van Wissing) richtte het blad zich op het verlichte deel van de burgerij, en hanteerde daarbij een redactionele formule die in Nederland nog niet vertoond was. Het blad werd het voorbeeld voor een groot aantal bladen, al dan niet met “Janus” in de titel verwerkt, die aan het eind van de 18e en het begin van de 19e eeuw eveneens trachtten politieke en andere gebeurtenissen op een literaire wijze te behandelen. Hanou: “Hij [Janus] wenste alles te onderzoeken maar het goede te behouden. Een bovenmenselijke taak, in een tijd waarin het vrijwel onmogelijk was partijloos te zijn. Des te grootser is zijn prestatie literaire vormen te vinden waardoor in een oogwenk het al te gechargeerde, het doordravende van de partijgangers, en het onvolmaakte van oude en nieuwe instituties voor de lezers van het tijdschrift zichtbaar gemaakt wordt.”